In ieder gazon gaat zich na verloop van tijd een viltlaag in de grasmat vormen. Deze viltlaag bestaat uit afgestorven grasdeeltjes die na het maaien of mulchen zijn achtergebleven op het gazon en uit mossen die hierop gaan groeien.

Deze viltlaag wordt op termijn steeds dikker waardoor zuurstof, meststoffen en water niet meer in de bodem kunnen dringen.

Geleidelijk aan zal uw gazon op deze manier verstikken, en zal, wanneer je

er niets aan doet, deze gelig kleuren en uiteindelijk afsterven.

Je houdt dan meer mos over dan gras.

 

                                                                         

 

 

 

 

 

Verticuteren houdt in dat je de oude viltlaag en het mos uit het gras gaat verwijderen.  De grasmat raakt hierdoor goed doorlucht zodat het weer meer voedingsstoffen kan opnemen en kan gaan groeien.

 

Gras kent twee belangrijke groeiperiodes per jaar: april-mei en september-oktober.  Je kunt het beste nét voor deze periodes verticuteren omdat het gras

zich dan goed kan herstellen.

 

 

 

 

 

 

 

 

Afhankelijk van de conditie van het gazon, minimaal één keer per jaar; tweemaal per jaar is nog beter.

Het gazon wordt op die manier voorbereid op de winter.  Zo wordt het mos dat in de zomerperiode is aangegroeid weer netjes verwijderd. 

Verticuteren wordt het best gedaan in twee stappen: één maal in de lengte en één maal in de breedte.  Zo haal je het meeste mos uit het gazon en raakt de bodem goed verlucht.

Na het verticuteren moet je het afval zeker verwijderen. Je zult verbaasd zijn hoeveel mos er tussen het gras uitkomt, maar maak je geen zorgen over het uitzicht van de grasmat.

 

Deze zal er na behandeling wat gehavend uitzien en kan kale plekken vertonen maar dit is slechts tijdelijk. Zeker wanneer je het gazon na het verticuteren gaat bemesten en eventueel doorzaaien zie je na enkele weken al resultaat.

​

​